Van Chobe (Botswana) tot Grootfontein (Namibia)

6 juni 2013 - Grootfontein, Namibië

De volgende foto link:

https://picasaweb.google.com/102779940520925305445/VanChobeTotGrootfontein?authuser=0&authkey=Gv1sRgCKfM6d2qvdS5Bg&feat=directlink

Onze tocht door Chobe en Moremi zou je op z’n minst afwisselend kunnen noemen. De tocht van Kasane naar Maun, slechts 350 km, zou goed haalbaar zijn op onze tank, zelfs al zouden we 1 op 3 rijden vanwege de slecht begaanbare wegen (normaal rijden in ieder geval 1 op 7). Dit was van belang aangezien er in de parken nergens benzine te krijgen zou zijn.

De eerste uren reden we door het noorden, wat prachtig gelegen is aan de rivier en daardoor vol met dieren. Van grote kuddes buffels en zebra’s, tot hyena’s, krokodillen, olifanten, giraffen en nog veel meer. Naarmate we verder het park in gingen richting het zuiden werd het park echter een stuk droger en leek er geen dier meer te bekennen. Het werd ook een stuk pittiger rijden vanwege diep zacht zand en overal uitstekende wortels. Toen we uiteindelijk bij ons eerste camping aankwamen, ontdekten we een scheur in de zijkant van 1 van de banden. We hebben zo ongeveer de dikste en beste banden die je kunt hebben voor zo’n trip en de band was ook (nog) niet lek, maar het leek ons toch wel slim om deze te verwisselen. Helaas was nergens een goede schaduwplek te vinden, dus dat werd even zweten, maar ca.een uur later zat de reserveband erop. We zijn toen nog even wat gaan rijden, op zoek naar wat mooie dieren en hopend op wat jaag-actie. We vonden wel 2 leeuwen, maar jagen, ho maar, ze lagen languit onder een boom en we hebben niet eens hun kop kunnen bewonderen. We hebben wel genoten van in het water spelende olifanten en schuchter drinkende giraffen  (zie foto’s van de dieren). De camping viel ons nogal tegen, in plaats van een idylisch plekje aan een rivier, kregen we een plek midden op het terrein, naast de toiletten en de bijna 24 uur per dag werkende generator. Voor het avondeten ben ik nog even naar de rand van het terrein gelopen en toen zag ik wel direct een olifant en een hyena! De volgende ochtend bleek aan de sporen in het zand dat er ook veel dieren om onze auto heen waren gelopen. Na het ontbijt zijn we weer gaan rijden, onze volgende bestemming was een camping bij het noordelijke toegangshek van Moremi. We volgden een tijd de route die onze gps had bedacht. Naarmate we verder kwamen begonnen we hier steeds meer over te twijfelen. Het was namelijk duidelijk dat hier erg weinig werd gereden en de weg was vrij pittig (veel diep zand). We zijn toch maar doorgereden omdat we op de gps zagen dat deze weg over niet al te lang uit zou komen bij een ‘ transit road’...en dan zou het allemaal goed komen. Toen we uiteindelijk bij deze weg aankwamen, bleek deze niet zo netjes te zijn als we hadden verwacht en vooral gehoopt. Na ca. 500 meter stuitten we op een enorme waterplas! Het enige wat er toen op zat, was omkeren. Balen, maar we kwamen onderweg wel een aantal groepen olifanten tegen en zelfs een hippo, die midden op de weg zat! Echter, na een tijdje kwamen we bij een hele steile zandweg (heel diep zand), het was op de heenweg al pittig om hierover naar beneden te rijden, maar nu moesten we er omhoog.

Dat lukte niet. We hadden bij aankoop van de auto de tip gekregen om in zo’n situatie een aanloop te nemen. Dit hebben we een aantal keer geprobeerd en we hebben (met de pepperspray in de hand) nog de berm vrijgemaakt om dan deels via wat steviger zand omhoog te kunnen rijden, maar ook dit plan faalde. Ondertussen hadden we het al flink warm, zaten we onder het zand en begonnen we het toch echt een beetje benauwd te krijgen. Uiteindelijk zijn we in LOW GEAR een stuk omhooggereden. Aangezien de auto toen ook niet tot de top kwam zijn we spullen uit gaan laden om de auto lichter te maken. Even later lagen de jerry cans, de koffer met gereedschap, het reservewiel en nog wat spullen in de berm en stond ik er naast, nog steeds met de pepperspray in de hand. We hebben toen ook de zandmatten, een zeil en de schep tevoorschijn gehaald en zijn verder aan de slag gegaan. Met graven, zandmatten verplaatsen en steeds een poging wagen zijn we vervolgens steeds ca. een halve meter opgeschoven en kon Joris uiteindelijk de auto over de heuvel heenrijden. Nu moesten alle spullen natuurlijk weer worden opgehaald, in- en opgeladen en na een welverdiend glaasje cola konden we gelukkig weer door. Terug op de camping werd wat verbaasd gereageerd en na een snelle lunch reden we alsnog in de goede richting. Dit deel van het park was erg droog, dus waren er wenig tot geen dieren te zien. We moesten daarbij ook weer erg oppassen met de uit de grond stekende wortels.

Ondertussen werd het tevens een beetje spannend aangezien we flink wat extra km’s hadden gemaakt en waarschijnlijk ook veel benzine hadden verbruikt tijdens het vastzitten. Dit werd verstrekt doordat we mensen tegenkwamen die ons om bezine vroegen (uit onze jerry cans) omdat zij heel krap zaten en 1 op 3 reden.

Toen we bij Moremi kwamen was daar geen bord richting de camping, maar wel richting het park. We moesten door een vrij dichtbegroeid bos en kwamen toen uit bij een soort Garden of Eden. Prachtig groen en overal water en tussendoor olifanten. Helaas zoveel water dat wij toch maar weer omgekeerd zijn in de hoop dat de camping ook op een andere manier te bereiken zou zijn. Verderop kwamen we een stel tegen die op een monteur zaten te wachten. Zij waren wel door vrij diep water gereden en waren daar vast komen te zitten. Ze waren er eerder op de dag wel uitgetrokken, maar de auto deed niks meer. Aangezien ze genoeg water en voedsel hadden en een daktent, konden wij volgens hun met een gerust hart ahterlaten, zij zouden daar desnoods overnachten.

We kwamen niet lang daarna gelukkig aan bij de camping, welke een stuk mooier was dan de vorige.   Na een heerlijke warme douche was het wel even schrikken toen ik terugliep naar onze plek en ik een flinke olifant tegenkwam . Die nacht hebben we liggen gluren door de kieren van onze ‘ramen’, aangezien er een hele groep hippo’s bij onze plek uit het water kwam en daar rond ging stampen.       Het is hier trouwens ondertussen goed koud ’s nachts. We hebben er een paar dekens bij moeten kopen en hebben al een aantal keer met al onze warme kleding aan geslapen (incl. sokken en capuchontrui).

Na de parken zijn we naar het stadje Maun gereden. Dit werd onze grootste tankbeurt ooit, met 98 liter! Toen bleek dus dat we het zonder jerry can niet hadden kunnen halen, aangezien er ‘maar’ 92 liter in onze tank kan. We hadden blijkbaar 1 op 5 gereden.

Vanuit Maun, waar we een paar nachten op een camping hebben gestaan, zouden we naar enorme zoutpannen rijden die hier ca. 150 km vandaan liggen. Nu hadden we zelf weer eens wat bedacht, namelijk dat we langs de rand zouden rijden en het dan allemaal gratis kunnen bewonderen. Dit plan is mislukt! Ten eerste kwamen we uit bij een soort mini ferry waar we de auto niet op wilden zetten en vervolgens zagen we niks interessants en zijn we voortijdig teruggekeerd naar Maun.

De dag erna zouden we langs het westen van de Okavango Delta naar het noorden rijden en dan onderweg op 1 van de campings overnachten. De campings bleken allemaal erg over priced en uiteindelijk zijn we gewoon maar doorgereden naar de grens met Namibie, bij Mohembo. Het idee was om daar van onze laatste Botswaanse Pula’s benzine te kopen, maar het tankstation daar zou al een maand zonder zowel benzine als diesel zitten. We zijn toen maar snel door de ernaast gelegen supermarkt gerend en hebben daar ons laatste geld uitgegeven. De grensovergang werd de fijnste en makkelijkste tot nu toe, met name de Namibische kant. Keurig schoon, vriendelijke mensen, duidelijkheid en slechts 1 onverwacht te betalen bedrag (wegenbelasting).

Toen we daarna opgelucht over een gravel weg ons laatste Afrikaanse land inreden, werden we al snel welkom geheten door een giraf en een kudu. Onze eerste camping (Ngepi) bleek een erg mooie, gelegen aan de Okavango rivier. Mooie, grote plekken met overal prachtige buiten badkamers en toiletten (zie foto’s). We hadden de tip gekregen om onzelf hier te verwennen met een nachtje in een boomhut, maar ons campingplekje beviel zo goed, dat we daar 2 nachten zijn gebleven. Overdag lekker boek lezen (en aan m’n blog werken), ’s avonds vuurtje maken en lekker koken, ‘s nachts de geluiden van nijlpaarden in de rivier en olifanten niet heel ver bij ons vandaan. Joris dacht zelfs leeuwen te hebben gehoord.

Onderweg zagen we voor het eerst in lange tijd weer bedelende kinderen. We vonden dit allebei best schokkend, aangezien deze zeer jonge kinderen gekke dansjes opvoerden (druk met hun heupen schuddend), toen wij langs hun reden. En waar we nog meer van schrokken was een menselijke ketting van jongeren die ons wilden stoppen terwijl we 80 km per uur reden. We reden beduidend langzamer toen we hun echt naderden, maar we zijn niet gestopt en zij zijn tijdig aan de kant gegaan.

Vandaag hebben we flink wat km’s gemaakt en we zitten nu in Roy’s Rest Camp, een stuk boven Grootfontein. Morgen doen we in deze stad nog wat boodschappen en dan zullen van de 8e tot de 12e op 3 verschillende kampen overnachten in Etosha, erg veel zin in!

Groeten, Ilse

 

 

 

Maak je reisblog advertentievrij
Ontdek de voordelen van Reislogger Plus.
reislogger.nl/upgrade

3 Reacties

  1. Franz:
    6 juni 2013
    Dank je Ilse. Als ik jouw verslag zo lees, kzit nu eindelijk ook buiten in n korte broek, dan denk ik ...die twee gaan nooit meer achter n bureau zitten, het vrije blijft hen trekken...
    Gaan jullie in Namibie ook nog langs Solitair? Lijkt me interessant om eens te zien waar dat boek zich heeft afgespeeld.
    Ben en blijf benieuwd!!
    Franz
  2. Nelleke:
    7 juni 2013
    Vergeet niet de appeltaart te proeven als je in Solitair bent! pas op de vogels die de appeltaart ook lekker vinden.

    heerlijk hoor die verhalen, genieten er heel erg van.
  3. Luc:
    10 juni 2013
    Ha Joris en Ilse, mosterd na de maaltijd (tenzij je nog naar Sossusvlei gaat) maar laten jullie je banden wel leeglopen voordat jet rul zand in rijdt? 1.2 bar icm de diff lock en zonodig icm low gear. Vervolgens heb je bij het bereiken van een gravel of teerpad wel een compressor nodig om de banden weer op spanning te brengen.